0102
Liraglutide-injectie
Productomschrijving
Chemische samenstelling:
Liraglutide is een langwerkende GLP-1-analoog met een vetzuurzijketen waardoor het zich kan binden aan albumine, waardoor de werking ervan in de bloedbaan wordt verlengd. Deze structurele wijziging maakt het geschikt voor eenmaal daagse subcutane toediening.
Werkingsmechanisme:
Door de GLP-1-receptor te activeren stimuleert Liraglutide de afgifte van insuline bij verhoogde bloedsuikerspiegels, onderdrukt het een ongepast hoge glucagonsecretie en vertraagt het de maaglediging om de eetlust en de voedselinname te verminderen. De werking ervan bootst de natuurlijke fysiologische postprandiale respons na en draagt bij aan een betere glykemische controle en gewichtsvermindering.
Aanwijzingen en gebruik:
Liraglutide is goedgekeurd voor de behandeling van diabetes mellitus type 2 om de glykemische controle bij volwassenen te verbeteren, als onderdeel van een dieet- en bewegingsprogramma. Het is ook geïndiceerd voor chronisch gewichtsbeheer bij volwassenen met obesitas of overgewicht met ten minste één gewichtsgerelateerde aandoening, zoals hypertensie, diabetes type 2 of dyslipidemie.
Administratie en dosering:
Toegediend via subcutane injectie, wordt de dosering van Liraglutide doorgaans gestart met een lagere dosis om gastro-intestinale bijwerkingen te verminderen, en vervolgens geleidelijk verhoogd tot de effectieve dosis. De exacte dosering en het toedieningsschema zijn afhankelijk van de toestand van het individu en de reactie op de behandeling.
Werkzaamheid en resultaten:
Klinische onderzoeken hebben aangetoond dat Liraglutide de HbA1c-waarden aanzienlijk verbetert bij patiënten met type 2-diabetes en gewichtsverlies bevordert bij patiënten met obesitas in combinatie met een dieet en lichaamsbeweging.
Bijwerkingen:
Vaak voorkomende bijwerkingen zijn misselijkheid, diarree, braken, verminderde eetlust en een risico op het ontwikkelen van pancreatitis. Reacties op de injectieplaats zijn ook mogelijk.
Contra-indicaties en voorzorgsmaatregelen:
Liraglutide mag niet worden gebruikt bij patiënten met een persoonlijke of familiale voorgeschiedenis van medullair schildkliercarcinoom of bij patiënten met multipele endocriene neoplasiesyndroom type 2. Voorzichtigheid is geboden bij patiënten met een voorgeschiedenis van pancreatitis.